Wij telen ‘De echte Hollander, een sperzieboon van formaat’. Een sperzieboon die groter, dikker, langer, malser, vleziger en vooral veel lekkerder is dan de gewone sperzieboon. Wie ‘De echte Hollander’ voor het eerst ziet, legt vermoedelijk niet direct de link met een boon. Proeven is echter voor de bijl gaan. Wie de smaak van ‘De echte Hollander’ kent, eet geen andere boon meer.
Ontstaan/historie
Bonen vormen al eeuwenlang de smakelijke basis van een gezonde maaltijd. Niet iedere boon is hetzelfde. Er zijn verschillende rassen. Het ras van ‘De echte Hollander’ kwam in de jaren negentig bij wijze van experiment op de markt. Een echte doorbraak leverde dat toen niet op. Dankzij het opvallende uiterlijk proefden te weinig mensen de heerlijke smaak. Daardoor vond het ras geen weg naar een groot publiek.
Wij zagen de mogelijkheden wel en legden ons daarom volledig toe op de teelt van wat inmiddels ‘De echte Hollander’ heet. Daarmee begaven we ons op een kleine markt van fijnproever die wel steeds groter wordt. Veel mensen ontdekken via de groentespeciaalzaken of de betere restaurants de smaak van de bijzondere boon. Vooral het oosten van het land valt voor ‘De echte Hollander’.
De smaak
Probeer maar eens een smaak te beschrijven… Een smaak moet je ondergaan. ‘De echte Hollander’ moet je proeven. Onze bonen zijn in ieder geval lang, vlezig, dik en bevatten veel zaden. En heel belangrijk: geen draden! ‘De echte Hollander’ ziet er daarom appetijtelijk uit. Wie ‘De echte Hollander’ eenmaal heeft geproefd, wil nooit meer een andere boon. Probeer maar!
Het groeiproces
De teelt van ‘De echte Hollander’ is een lang en arbeidsintensief proces. Voor het bereiken van topkwaliteit die past bij de groentespeciaalzaken is veel passie, vakmanschap en engelengeduld nodig. Voordat u de unieke bonen op uw bord heeft liggen, is er een uitgekiend en bijna wetenschappelijk tuindersproces aan vooraf gegaan. Wij letten daarbij op de kleinste details.
Dat begint uiteraard met een zaadje, dat we op een kunstmatige manier optelen tot een substraat. Wij leggen deze vervolgens op een soort kleine broodjes van steenwol, waarop we het plantje opkweken. Dat gebeurt los van de grond, groeiend aan een touw.
Na een week of drie tot vier staat het plantje in bloei. Nog eens zes a zeven weken later is het rijp voor de oogst. Dit is een zwaar ambacht waarvoor geen machines beschikbaar. Het handwerk past wel goed bij het authentieke karakter van ‘De echte Hollander’.
De oogsttijd is van half maart tot begin januari.




